Jagger en Richards waren goede vrienden en begonnen een bandje, Little Boy Blue and the Blue Boys, met Dick Taylor als bassist. Zij ontmoetten Brian Jones die een rhythm-and-blues-band aan het oprichten was, waarvoor alleen nog maar toetsenist Ian Stewart gevonden was. Richards, die toen alleen nog maar Chuck Berry-riffs speelde, kreeg dankzij Jones rhythm-and-blues-schema's onder de knie. Dick Taylor (die later de Pretty Things oprichtte) werd bassist en Tony Chapman drummer. Brian Jones noemde zijn band the Rolling Stones, de naam is ontleend aan het nummer 'Rolling Stone' van de Afro-Amerikaanse bluesmuzikant Muddy Waters. Datzelfde jaar, op 12 juli 1962, volgt het eerste optreden van de groep in de Londense Marquee Club en werd al snel een sensatie in het Britse clubcircuit. Eind 1962 stapte Dick Taylor uit de band. Tony Chapman stelde Bill Wyman als vervanger voor; met Wyman had hij in de band the Cliftons had gespeeld. Wyman werd aangenomen, naar verluidt vanwege zijn goede versterker. Begin 1963 werd Chapman vervangen door Charlie Watts. Oorspronkelijk was hij een jazzdrummer. Andrew Loog Oldham werd aangesteld als manager en die vond Stewart niet bij het ruige imago van de band passen. Stewart bleef echter wel aan als roadie en verscheen live regelmatig bij de Stones op het podium tot aan zijn dood in 1985.
(Wikipedia)